In onze praktijk hebben wij vaak te maken met schuldenaren die even ‘verdwenen’ zijn. Volgens de gemeentelijke registers zijn die mensen VOW, wat staat voor Verdwenen Onbekend Waarheen.
Het gaat vaak om mensen die dakloos zijn geworden na een ontruiming of zijn geëmigreerd zonder achterlating van een nieuw adres. Daarnaast gaat het vaak om iemand die onderduikt voor zijn schuldeisers. Het betreft honderdduizenden gevallen (bron: CBS).
Als wij er achter komen dat iemand geen bekende woon- en/of verblijfplaats heeft sluiten wij het dossier. Is daar mee de kous af? Nee, want vonnissen zijn 20 jaar geldig. En dus kijken wij periodiek in de registers zodat als iemand zich weer meldt wij de zaak weer kunnen oppakken. Datzelfde doen we met dossiers van schuldenaren die op dit moment geen verhaal bieden. Een situatie kan ten goede keren en zeker bij jongeren verbetert de situatie drastisch na het afstuderen indien ze daarna betaald werk vinden.
Dossiers die in de minnelijke fase om bovengenoemde redenen gesloten worden behoeven meer aandacht. Zonder vonnis zit je namelijk vast aan de kortere termijnen van verjaring. De langste verjaringstermijn is 5 jaar en dus zal je binnen die termijn wat moeten doen om de verjaring te stuiten.
Nou wil het geval dat wij recent iemand hebben teruggevonden die in 2013 van de radar was verdwenen. De verjaringstermijn was al verstreken en niet gestuit. Desondanks hebben wij het dossier weer opgepakt. Het beroep op verjaring is namelijk een verweer en het is niet verboden om betaling te verzoeken van een openstaande schuld.
Inmiddels is de vordering alsnog voldaan.